Na een kleine 30 blogs heb ik wel zo’n beetje alles verteld over mijn brandweerloopbaan. Van mijn opleiding en mijn eerste uitruk tot mijn allerlaatste inzet bij de ijsbaan. De koek is nu op maar ongetwijfeld zal er wel weer eens een incident boven komen drijven als ik ergens langs rijd of het met iemand over de brandweer heb.
Als je op feestjes of andere gelegenheden vertelt dat je bij de brandweer zit dan was vaak de eerste vraag: “dan maak je vast veel ellende mee?” Ik vond dat altijd vreemd dat dat de associatie met de brandweer is. Natuurlijk kom je dingen tegen die niet leuk zijn of zelfs ronduit schokkend. Maar daar staat tegenover dat je 99 van 100 inzetten gewoon leuk zijn. Je helpt mensen. Je zorgt er voor dat de ellendige situatie waarin zij zitten niet slechter wordt of juist verbeterd. Hoe mooi is het niet dat je na een inzet een paar weken later gebak krijgt van het slachtoffer om je te bedanken voor de hulp?
Maar niet alleen repressief is dit een mooi vak. Door dit werk kom je op plekken waar je anders nooit komt. Wie komt er boven in de gewelven van de Domkerk of de torenspits van de Janskerk? Wie komt er in de catacombe van Hoog Catharijne? Ik ben op talloze plekken geweest waar ik anders nooit zou komen. Dan heb ik het nog niet eens over alle leuke, lieve en interessante mensen die je ontmoet.
Ik kan niet genoeg benadrukken dat het vak van brandweerman (vrouw) het mooiste vak is wat er is! Als je mijn blogs terugleest, snap je waarom. Ik hoop dat in deze steeds individuelere maatschappij de brandweer voldoende aanwas aan nieuwe collega’s zal blijven krijgen.
Ik ga door aan de ‘koude zijde’ van het brandweervak. Dus op kantoor en als operationeel woordvoerder. Ik blijf dus dicht bij het vuur maar ga het vuur niet meer in. Ik wens alle collega’s van brandweer Nederland en vooral van brandweer Zuilen nog veel mooie inzetten, hoewel: voor de burgers natuurlijk zo min mogelijk.